Uw browser laat geen javascript toe. Om die reden zijn bepaalde functionaliteiten niet voorhanden.
Naar de inhoud van deze pagina

Over Inhoudingsplicht Sociale Zekerheid

Welke gegevens vindt u in de onlinedienst?

In de onlinedienst Inhoudingsplicht Sociale Zekerheid vindt u de gegevens van:

  • ondernemingen die actief zijn in het toepassingsgebied van de artikelen 30bis en 30ter, en/of
  • ondernemingen geïdentificeerd als aannemer of onderaannemer op een Aangifte van Werken en die behoren tot het toepassingsgebied van de artikelen 30bis en 30ter.

U kunt de gegevens raadplegen van ondernemingen:

  • die als actief werkgever geïdentificeerd zijn bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, of
  • van wie de identificatie minder dan 2 jaar geleden geschrapt werd, of
  • die niet als actief werkgever zijn geïdentificeerd bij de RSZ, maar over een ondernemingsnummer beschikken en onderworpen zijn aan de inhoudingsplicht omdat ze schulden hebben in verband met hoofdelijke aansprakelijkheid.

Het bericht ‘Geen gegevens 30bis of 30ter beschikbaar’ geeft aan dat u inlichtingen gevraagd hebt over een onderneming die niet beantwoordt aan de hierboven vermelde criteria.

Wanneer spreken we van sociale schulden?

In de volgende gevallen heeft een onderneming sociale schulden en valt ze onder de inhoudingsplicht.

Tegenover de RSZ

  • De onderneming heeft niet alle vereiste DmfA-aangiften ingediend, tot en met die voor het voorlaatste afgelopen kwartaal; en/of
  • De onderneming is de RSZ een bedrag van meer dan 2.500 euro schuldig in verband met bijdragen, opslagen, forfaitaire vergoedingen, verwijlintresten of gerechtskosten; en/of
  • De werkgever valt onder de bevoegdheid van het paritair comité van het Bouwbedrijf (PC 124) en heeft de voorschotten voorzien in artikel 34bis, §1 en 2 van het koninklijk besluit van 28 november 1969 niet correct betaald; en/of
  • De onderneming (al dan niet geïdentificeerd bij de RSZ als werkgever) is hoofdelijk aansprakelijk gesteld in toepassing van §3 en 4 van artikel 30bis of §2 en 4 van artikel 30ter en heeft de gevorderde bedragen niet betaald binnen de 30 dagen na het verzenden van een aangetekende ingebrekestelling.

Tegenover de Patronale Dienst voor Organisatie en Controle van de Bestaanszekerheidsstelsels (PDOK) (art. 30bis – bouwbedrijf)

  • De onderneming valt onder de bevoegdheid van het Paritair Comité van het bouwbedrijf (PC 124), maar de PODK beschikt niet over alle gegevens over de brutovergoedingen van de werknemers, tot en met het voorlaatste afgelopen kwartaal; en/of
  • De onderneming is debiteur en is voor meer dan 70 euro aan bijdragen verschuldigd in het stelsel van weerverlet- en getrouwheidsregels.

Tegenover het Fonds voor bestaanszekerheid voor de bewakingsdiensten (FBZB) (30ter – bewakingsdiensten)

  • De onderneming valt onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten (PC 317), maar het FBZB heeft niet alle gegevens over de brutovergoedingen van de werknemers, tot en met het voorlaatste afgelopen kwartaal; en/of
  • De onderneming is meer dan 900 euro aan bijdragen verschuldigd aan het FBZB.

Vrijstelling van inhoudingen op facturen

Een onderneming met sociale schulden kan vrijgesteld worden van de inhoudingsplicht op facturen 30bis en 30ter wanneer ze:

  • uitstel van betaling gekregen heeft zonder gerechtelijke procedure, of
  • de opgelegde termijnen strikt naleeft bij een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke beslissing.

Hoofdelijke aansprakelijkheid

De subsidiaire ketenaansprakelijkheid is (her)ingevoerd met de programmawet van 29 maart 2012 (BS 6 april 2012). Ze is voorzien in artikel 30bis en artikel 30ter, bekendgemaakt in dezelfde programmawet. Praktisch gezien houdt dat het volgende in:

Als een onderaannemer zich in de volgende situatie bevindt, wordt in eerste instantie de rechtstreekse hoofdelijke aansprakelijkheid tussen de twee medecontractanten toegepast:

  • Op het ogenblik van de sluiting van het contract heeft de onderaannemer sociale schulden en is hij onderworpen aan de inhoudingsplicht.
  • Ook op het ogenblik van de betaling van de factuur door de medecontractant heeft de onderaannemer sociale schulden en is hij onderworpen aan de inhoudingsplicht.
  • De medecontractant laat na om de inhouding toe te passen op de factuur en door te storten aan de RSZ.

Wordt het gevorderde bedrag van de hoofdelijke aansprakelijkheid niet betaald, dan wordt de medecontractant die het had moeten doorstorten onderworpen aan de inhoudingsplicht op basis van deze schuld.

Wordt het verschuldigde bedrag niet aangezuiverd door deze inhouding op de factuur, dan kan de RSZ zijn toevlucht nemen tot de subsidiaire hoofdelijke aansprakelijkheid en opklimmen in de keten van medecontractanten.

De rechtstreekse hoofdelijke aansprakelijkheid was in de versie van artikel 30bis van kracht vanaf 1 januari 2008 tot 5 april 2012. De subsidiaire hoofdelijke aansprakelijkheid werd toegevoegd aan de tekst van 6 april 2012 voor art. 30bis en is opgenomen in art. 30ter.